Een klasse afwerkingsmachines die een vel of rol media neemt en op zichzelf vouwt. Vellenvouwmachines kunnen in twee richtingen vouwen om delen met meerdere pagina’s te maken, die meestal worden gebruikt in boeken of brochures nadat de rug is gelijmd of genaaid en een of meer randen zijn afgesneden om de pagina’s te kunnen openen.

Het substraat of oppervlak waarop geprint wordt. Voor inkjets kan dit papier, vinyl, hout, glas, metaal, textiel enzovoort zijn.

Staat voor “Micro-elektromechanische systemen”. Gewoonlijk een manier om printkoppen te maken met technieken die lijken op de fabricage van siliciumchips. Memjet werkt echter aan een mechanische printkop die het “Pure MEMS” noemt.

Bij inkjetprinten is dit het gebogen oppervlak van de inkt aan de buitenkant van de spuitmond wanneer deze niet wordt afgevuurd. De kromming wordt veroorzaakt door een combinatie van de oppervlaktespanning van de vloeistof en het drukverschil tussen de vloeistof en de buitenlucht. Deze spanning zorgt ervoor dat er geen inkt uit de spuitmond druppelt wanneer deze niet wordt afgevuurd. Zie Zeefgaas, Oppervlaktespanning.

Een patrooneffect, meestal ongewenst, dat wordt geproduceerd door optische interferentie tussen twee of meer over elkaar liggende sets van dicht bij elkaar liggende lijnen of rasters. Een veel voorkomend resultaat is het verschijnen van grote ruitpatronen op het beeld.